Lambretta GP/DL 200
De GP/DL-serie verving alle Li, Special, SX en TV-modellen in 1969. In de meeste landen werden de scooters op de markt gebracht onder de naam DL. In Groot-Brittannië daarentegen werd voor een speciale aanpak gekozen, vergelijkbaar met de GT, en werd de DL simpelweg de GP genoemd. De tijden lijken te zijn veranderd en de Gran Turismo is ingehaald door de Gran Prix speedsters. Reclamemotieven met slogans als 'Real Stopper' of 'Real Goer' passen hier perfect bij.
De DL is leverbaar in de vertrouwde drie cilinderinhoudsklassen, maar alle motoren zijn merkbaar herzien.
De carrosserie, die volledig opnieuw is ontworpen door Studio Bertone, is korter en strakker. Het beenschild is lager en de cascade is ook korter. Het balhoofd en de koplamp zijn nu rechthoekig. Het spatbord heeft een veel sportievere styling. De kortere vork, de velgen en de remtrommels zijn nu zilver gespoten. Het achterlicht is gemaakt van zwart plastic, de chromen rand is verdwenen en vervangen door zwarte plastic onderdelen. De zijpanelen zonder franje hebben zwarte rally strepen die verticaal tot halverwege omhoog zijn geplakt en in het voorste derde deel zijn zwarte dummy radiatorroosters verwerkt.
De DL 125 heeft de opgelichte motor van de 125 Special. De motornummers beginnen nog steeds met de afkorting Li125S. Afgezien van het achtertandwiel, dat niet langer geklonken is maar uit massief materiaal is gefreesd, is er niet veel veranderd. Behalve de krukas: deze heeft een veel dikkere stomp om plaats te bieden aan het poolwiel. Hoewel de DL 150 de afkorting van de SX 150-motoren overneemt, is er hier veel meer gedaan. Naast het rondsel, de krukas en de inlaatbalgen heeft de cilinder een nieuwe indeling voor de poorten. Met de SH 22 carburateur is er nauwelijks vermogenstoename (9,4 pk), maar het toerentalbereik is breder.
De wijzigingen aan de DL 200 motor hadden minder te maken met de afkorting, die we kennen van de SX 200, maar meer met de carburateur, de overbrengingsverhouding, de krukas en de ontsteking. De totale overbrengingsverhouding van 5,22 is aanzienlijk korter dan de 4,80 van de SX 200 transmissie. Dit betekent dat de motor zelfs onder ongunstige omstandigheden nog voluit kan toeren. De versnellingsbak zelf is overgenomen van de Li125S, maar met een langere verhouding dankzij een 18/47 rondselcombinatie. Samen met de SH 22 carburateur haalt de DL 200 zo een topsnelheid van 110 km/u met een verbeterde acceleratie. Slechts enkele DL-modellen werden geleverd met een inlaatbalg met overloopventiel, maar dit verdween al snel.
De ultieme verbetering aan de DL 200 was de introductie van het DL 200 elektronische model. Een kleine sticker aan de rechterkant van de voetplaat geeft aan dat een voertuig met elektronische ontsteking ongeduldig wacht op ingebruikname. De ontsteking werd ontwikkeld in samenwerking met Ducati. In principe liep het ongeveer een decennium vooruit op het ontstekingssysteem van een scooter die tot op de dag van vandaag wordt gebouwd. Helaas zijn er geen exacte aantallen van de elektronica bekend, omdat deze vanaf juni 1970 parallel met versies met contactontsteking werd gebouwd.
De GP/DL-modellen werden geleverd in een nieuw kleurenschema. Passend bij de late jaren zestig domineren felle kleuren. De DL 125 is verkrijgbaar in turkoois. (Zelden ook in wit.) De DL 150 wordt in Italië geleverd in een levendige rode kleur. Een tweekleurige lak is ook beschikbaar voor exportmarkten. Een volledig witte scooter is voorzien van rode of blauwe zijkappen, cascade en spatborden naar keuze. De DL 200 wordt op de Italiaanse thuismarkt geleverd in oker, terwijl de exportmarkten kunnen kiezen uit oker en rood.
Tijdens de bouwperiode zijn er een paar kleine wijzigingen doorgevoerd. Op eerdere bromfietsen waren het claxonrooster en het rooster onder het zadel nog in de kleur van het voertuig geschilderd, maar deze werden later vervangen door ongeschilderde zwarte kunststof onderdelen. De aluminium hendels voor de benzinekraan en choke en het grijs plastic dashboardkastje zijn ook vervangen door zwart plastic. De tapeinden en moeren op de motorkap van de laatste GP/DL-modellen werden ook vervangen door M6 x 30 bouten.
In april 1971 rolden de laatste GP/DL scooters uit de hallen van Innocenti. Met 15.300 125's, 21.050 150's en 9.302 200's is het helaas niet mogelijk om van hele hoge aantallen te spreken. Gelukkig werd de productielijn met al het gereedschap verkocht aan India, waar de GP 200 verder werd gebouwd.
DL/GP - 1e versie
(januari 1969 tot midden 1970)
Claxonrooster, tankvulklep en rooster onder de stoel zijn van metaal.
DL/GP - 2e versie
(medio 1970 tot april 1971)
Claxonrooster, tankvulklep en rooster onder de stoel zijn van kunststof.